Afbeelding - Opvoedspreekuur Bibliotheek Utrecht Zuilen Happy Kids Happy Parents - Conrad van Pruijssen

Wat doe je als je kind zich erg fysiek uit op school zoals druk zijn en slaan

Print Friendly, PDF & Email

Voor de mensen die nog onbekend zijn met mijn gratis opvoedinitiatieven. Ik verzorg veel gratis opvoedspreekuren in Utrecht en omgeving waar mensen met opvoedvragen gratis geholpen kunnen worden. Wil je ook een keer komen, stuur dan een mail zodat je weet wanneer ik waar zit.

Afgelopen woensdag was ik aanwezig bij bibliotheek Zuilen in Utrecht. Ik sprak daar een ouder met een jongen van 4 die erg druk is. Op school kan zich dat uiten in fysiek reageren naar andere kinderen toe. De ouder wilde graag weten wat ze er aan gedaan kan worden.

Waarom uit een kind zich fysiek naar andere kinderen toe.

Laat ik beginnen met te zeggen dat het natuurlijk niet goed is als kinderen elkaar slaan in de klas. Het is goed om hier de juiste aandacht aan te besteden. Met de juiste aandacht bedoel ik, focus op de oorzaak, de onderliggende behoefte of het verlangen.
Als je alleen op het gedrag focust en je probeert hier iets aan te doen, waarbij ik niet hoop dat je dit met belonen of straffen doet, waarom niet? In het beste geval gaat het gedrag (tijdelijk) weg, in het slechtste geval komt het gedrag of ander gedrag dubbel zo hard terug omdat er niets is gedaan aan de onderliggende oorzaak, behoefte of verlangen. Waarbij ik niet zeg dat het gemakkelijk is maar het is wel iets wat het kind verdiend, elk kind verdient het dat wij verder kijken dan het topje van de ijsberg. Dit is de enige manier om het kind niet alleen nu maar ook op de lange termijn te helpen.
Heel veel ouders, leerkrachten en andere professionals denken dat dit heel veel tijd kost, tijd waarvan we denken dat we deze niet hebben. Weet dat niets is wat het lijkt. Als je zou meten hoe vaak je erop reageert, het probeert te onderdrukken of je er aan irriteert terwijl het blijft terugkomen. Dan is het veel interessanter om één keer te investeren in het echt duurzaam oplossen van het probleem, als elke keer het brandje te blussen. Je zult zien dat dit veel sneller, beter en efficiënter werkt. Daarnaast is het ook voor het kind, ouder en professional veel fijner, omdat je kijkt naar wat er wel kan, je kijkt op een positieve manier naar de mogelijkheden en geeft het kind de erkenning die het verdient.

Wat is de echte oorzaak van het fysieke gedrag naar andere kinderen toe.

We hebben uitgebreid onderzocht wat het zou kunnen zijn. Deze jongen is cognitief zijn leeftijdsgenoten ver vooruit. Het is dus belangrijk dat hij voldoende werk en aandacht krijgt zodat hij zich niet verveelt. Wat dus inhoudt dat je er als leerkracht af en toe wat extra tijd aan moet besteden omdat anders het gevaar bestaat dat hij weer andere zaken gaat doen. Met een beetje creativiteit kost het helemaal geen extra tijd, sterker nog kun je als leerkracht gebruik maken van deze extra “leerkracht” door hem te vragen om andere kinderen te helpen. Naast dat je dan het fysiek uiten voorkomt, voelt hij zich erkent en gezien omdat hij anderen mag helpen. Het bleek namelijk dat als hij buiten school met andere kinderen omgaat hij erg sociaal is. Hij helpt graag andere kinderen, speelt graag buiten en is graag fysiek bezig.
Op school hebben kinderen te maken regels, en voor sommige kinderen teveel regels, zeker bij jongens zie je vaak dat ze graag bewegen of iets anders doen om hun energie kwijt te raken en dan vaker 3 x 10 minuten.
Het lijkt er dus op dat het voor deze jongen ook belangrijk is om veel te bewegen om zo zijn energie niveau laag te houden waardoor het gemakkelijker is om wat langer stil te zitten op school en zich te kunnen houden aan de regels. Hierdoor voorkom je dat zijn emotionele ballon wordt gevuld, helemaal in combinatie met het onbegrip dat er geen aandacht is voor zijn leerbehoefte. Als je als ouder een leerkracht samenwerkt om hier iets voor te bedenken, dan voorkom je dat zijn emotionele ballon te vol wordt en / of klapt.

Wat kun je dan als ouder en leerkracht doen om de behoefte onder het fysieke uiten te vervullen zodat het minder of niet meer voorkomt.

Het is belangrijk om als ouder en leerkracht er op een positieve manier naar te kijken. Zodra je er op een negatieve manier naar gaat kijken, verlies de mogelijkheid om met creatieve oplossingen te komen, daarnaast geldt waar je op focust groeit.
Probeer dus vooral te zoeken naar wat kunnen we wel doen, hoe kunnen we het oplossen voor deze jongen en voor zijn klasgenoten.
Als ouder:
Als ouder kun je kijken naar zaken die ervoor zorgen dat zijn energie niveau laag blijft. Hij speelt graag buiten, is graag fysiek bezig en gaat hij met zijn moeder lopend naar school. De oplossing is dus, bedenk een spelletje wat voor hem leuk en uitdagend is op zowel fysiek als cognitief niveau. Laat hem elke keer naar een boom of ander object rennen, vraag hem om ondertussen de alles te tellen. Daag hem uit om het sneller te doen dan gisteren. Gebruik een klokje om te meten hoe snel hij dit vandaag kan ten op zichtte van gisteren. Zo leert hij ook meteen beter tellen, rekenen en klokkijken.
Het grootste voordeel is dat jij het als ouder integreert in je dagelijkse routine zodat het misschien vijf minuten extra kost en het bij je kind er voor zorgt dat hij met een laag energie niveau op school aankomt zodat het gemakkelijker is vol te houden.
Als leerkracht:
Bij deze jongen zie je dat de emotionele ballon zich langzaam aan vult en dan ineens klapt. Er zit een duidelijk voorteken aan, zodra hij van zijn handjes, vuistjes gaat maken dan weet je dat zich dat binnen vijf minuten uit in slaan. Je kunt een kind dan elke keer straffen, zoals ik al eerder heb aangeven is niets meer dan het onderdrukken van de echte oorzaak waardoor het twee keer zo hard terugkomt.
Deze jongen heeft af en toe wat extra aandacht of uitdaging nodig, dit is dus meteen zijn grootste beloning en dus niet een sticker of zo. Je wilt hem graag helpen om zijn emoties beter onder controle te houden en zijn impulsen beter te leren beheersen.
Je kunt afspreken dat als hij voor een bepaalde tijd zijn handen kan laten zijn i.p.v. vuistjes dat hij dan vijf minuten de aandacht van jou als leerkracht krijg die hij nodig heeft. Als leerkracht heb je vast een idee hoe lang het ongeveer goed gaat, laat zeggen één uur. Dan vraag je hem om gedurende 50 minuten te zorgen dat er geen vuistjes komen. Gebruik daarvoor de klok of geef hem een eigen klok, dan leert hij ook meteen klok kijken. Als het hem lukt dan krijgt hij even extra aandacht van jou of zoals ik al eerder schreef mag hij een ander kind helpen. Lukt het hem niet dan krijgt hij niets, dus ook geen straf. Je gaat dan alleen de tijd verkleinen, net zolang tot hij het wel de beloning kan verdienen. Als je eenmaal weet hoe lang dit is, dan kun je dat langzaam in kleine maar vooral succesvolle stappen verhogen. Weet dat een hele dag niet mogelijk is en waarschijnlijk ook helemaal niet hoeft. Kijk hoe vaak je als leerkracht even tijd kan vrij maken en werk daar naar toe.
Er is nog één bijkomend voordeel, als je met tijd werkt en het kind ziet dat zijn vuistjes gaan komen maar hij ziet ook dat de klok nog vijf minuten

Conrad jij bent normaal niet voor belonen en beloningskaarten, waarom dan nu wel?

Vaak gaan er drie dingen mis bij het gebruik van beloningen of beloningssystemen.
1. We vragen een gedrag, wat voor het kind niet duidelijk of concreet genoeg is, bijv als jij de hele dag je best doet dan … Wat is je best doen? Wat is de hele dag? Is dit wel een reële vraag?
2. De beloning is geen beloning voor degene die beloond wordt. Heel vaak bedenken wij als ouder of leerkracht de beloning maar is deze voor het kind zelf niet belonend en gaat het helemaal niet werken.
3. Het kind heeft er te weinig controle over, waardoor het alleen maar erger gaat worden. Je moet iets pakken wat een kind kan, waar hij zelf invloed op kan uitoefenen, iets wat hij kan herkennen. Begin dus concreet en simpel en vooral niet lang of te vaak. Daarna bouw je het in kleine stapjes uit. Lukt het ineens niet meer dan was waarschijnlijk de stap te groot. Maak dan niet de fout door te stoppen, maar stuur bij. Maak het zo klein dat je het kind wel opzet voor succes. En heel belangrijk, misschien nog wel het allerbelangrijkste als het even tegenzit ga dan niet straffen, je complete investering is dan ineens verspeelt.
Wat ik in dit geval dus voorstel is dat hij moet kijken naar zijn handjes, zodra het vuistjes worden dan weet hij dat zijn emotionele ballon te vol is. Je kunt een kind van vier nu eenmaal nog niet vragen om de emotie boosheid of frustratie te voorspellen, heel veel volwassenen hebben hier zelf nog moeite mee. Je kunt wel een concrete fysieke voorspeller kiezen en daarmee aan de slag gaan.

Werk als ouder en leerkracht samen ga beide achter het kind staan om het te helpen.

De volgende stap is nu de daadwerkelijke implementatie en dan in het bijzonder dat op school moet gebeuren. Maak een afspraak, ga samen zitten, beschrijf duidelijk wat de gewenste oplossing is, onderzoek hoe je dat op een positieve en duurzame kijkt bereiken, kijk verder dan alleen het gedrag van het kind, vervul zijn behoefte of verlangen, begin klein, evalueer regelmatig en zorg dat het kind begrijpt wat de bedoeling is en dat hij hier controle over uit kan oefenen.
En de rest, het resultaat komt waarschijnlijk vanzelf doordat je beide in vol vertrouwen er mee aan de slag gaat.

Heb jij ook vragen, wil je ook eens graag een ander blik op een opvoedsituatie krijgen komt dan langs bij één van mijn opvoedspreekuren.